Je herkent het vast: je hebt veel tijd gestoken in het maken van een goede Facebook-post of bijvoorbeeld nieuwsbrief en nu is het wachten op het gewenste resultaat! Een paar dagen later open je Google Analytics om te zien of het traffic naar je website heeft opgeleverd. Maar hoe weet je nu wat die ene specifieke post of die ene nieuwsbrief heeft opgeleverd? Door in het vervolg gebruik te maken van UTM-tags! Dé manier om de effecten van al je marketingkanalen inzichtelijk te maken.
Wat is een UTM-tag?
Om bij het begin te beginnen: UTM staat voor Urchin Tracking Module en een UTM-tag is een stukje code dat aan de URL van links naar (landings)pagina’s kan worden toegevoegd. Door dit stukje code krijg je meer inzicht in bezoekers die op jouw website terecht komen. Niet alleen zeer waardevol dus om betaald verkeer naar je website te identificeren; ook het inzichtelijk maken van onbetaald verkeer geeft informatie over de waarde van bepaalde content of mediums waar je gebruik van maakt. Stel je besteedt wekelijks veel tijd aan het plaatsen van content op Facebook, maar uit de analyse blijkt achteraf dat deze content nauwelijks bezoekers oplevert naar je website, dan kun je je afvragen of dit wel de juiste contact of zelfs het geschikte medium is voor je bedrijf.
Wat bereik je met een UTM-tag?
Door UTM-tags toe te voegen aan alle kanalen waar je via communiceert, denk aan nieuwsbrieven, Twitter, Facebook, e-mails en advertenties, ontdek je wat waardevol is en wat wel of niet werkt voor jouw bedrijf.
Hoe maak je een UTM-tag?
Nu je weet wat een UTM-tag is en je hier in het vervolg uiteraard gebruik van wilt maken, is de volgende vraag: Hoe maak je van een gewone URL een URL met een UTM-tag? De ‘hoe’ van dit alles is eigenlijk het eenvoudigste onderdeel. Er zijn handige tools die het mogelijk maken om binnen enkele minuten een complete UTM-tag te maken en de betreffende URL te taggen. Zo heeft Google de Campaign URL Builder waar je gratis gebruik van kunt maken. Onderstaand voorbeeld toont hoe deze ‘builder’ eruit ziet.
Stappenplan voor het maken van een UTM-tag:
Zoals je ziet zijn er zes velden om in te vullen. Door deze een voor een in te vullen, wordt de oorspronkelijke link automatisch aangevuld met de UTM-tag.
1. Campaign Source
Gezien deze blog gedeeld zal worden op onder andere Twitter, heb ik in het voorbeeld deze source gebruikt. Je zou echter ook kunnen kiezen voor facebook, nieuwsbrief of mailchimp (voor emails verstuurd vanuit Mailchimp). ‘Campaign source’ staat dus voor de bron van herkomst. Waar komt de bezoeker vandaan? Deze bron moet altijd passen bij het medium dat je kiest.
2. Campaign Medium
Het medium is in dit geval ‘social’. Ik had er ook voor kunnen kiezen om hier ‘socialmedia’ in te voeren of ‘email’ wanneer ik bijvoorbeeld een nieuwsbrief (de source) via de mail ging sturen.
3. Campaign Name
Het veld Campaign Name is belangrijk om je individuele marketingactiviteiten te tracken. Hierin typ je de naam van de campagne (indien je campagne een naam heeft) of in dit geval bijvoorbeeld een korte verwijzing naar de betreffende blog. Mocht je je, in dit geval blog, op meerdere kanalen (bijvoorbeeld Facebook) communiceren, zorg er dan voor dat je de campagne naam hetzelfde houdt. Op die manier maak je het overzichtelijk en is je traffic efficiënter te analyseren.
4. Campaign Term
Bij Campaign Term vul je de kernwoorden van je campagne in. Start je bijvoorbeeld een campagne waarin je 50% korting op je producten geeft, dan zou je hier ‘50procent-korting’ kunnen invullen.
5. Campaign Content
Tot slot het veld Campaign Content. Deze omschrijft de content van de advertentie. Lopen er meerdere advertenties gedurende de campagne? Dan kun je deze advertenties hiermee onderscheiden. Een voorbeeld is de link achter een blauwe banner in de footer van je nieuwsbrief. Vul hier dan in ‘blauwe_banner_footer’.
Naarmate je vaker met de Campaign URL Builder hebt gewerkt, zal je merken dat je steeds handiger wordt in het kiezen van de juiste benamingen. Ondanks dat de ‘builder’ aangeeft dat alleen de eerste twee velden verplicht zijn, is juist de vierde (campagnenaam) van belang om je verkeer terug te vinden in Google Analytics.
Het ingevulde veld zorgt uiteindelijk voor bovenstaande URL. Alles achter het vraagteken is toegevoegd als UTM-tag. Deze URL deel je vervolgens op Twitter (in dit geval, gezien ik gekozen heb voor de source ‘twitter’). De uiteindelijke URL is behoorlijk lang, maar kun je met behulp van de URL Builder eenvoudig inkorten.
Waar moet ik op letten bij UTM-taggen?
Alhoewel een URL met een UTM-tag dus snel kan worden gemaakt, is er een aantal dingen waar je rekening mee moet houden. Het belangrijkste punt is de consistentie van je UTM-tags. Zoals ik in het voorbeeld liet zien, koos ik voor ‘social’ in plaats van ‘socialmedia’. Het maakt in principe niet uit voor welke benaming van de bron en het medium je kiest, maar zorg wel dat je hier consistent in bent. Inconsistentie zorgt er voor dat resultaten achteraf lastiger zijn te vergelijken en analyseren doordat er allerlei verschillende campagnes worden getoond in Google Analytics. Dit geldt ook voor het gebruik van hoofdletters en kleine letters. Wees consistent en gebruik voor de zekerheid alleen kleine letters. Gebruik je de ene keer ‘Facebook’ als bron en de andere keer ‘facebook’, dan worden dit twee verschillende campagnes.
Aangezien het belangrijk is om consistent te zijn in het generen van UTM-tags, dienen gemaakte keuzes te worden gecommuniceerd met je collega’s. Zijn meer werknemers binnen je bedrijf verantwoordelijk voor het schrijven en delen van content? Zorg er dan voor dat iedereen UTM-taggen op dezelfde wijze toepast.
Tot slot wil ik je meegeven dat het taggen van interne links op je website niet nodig is, behalve wanneer je bijvoorbeeld wilt zien hoe vaak er op een bepaalde banner wordt geklikt. In dat geval is het juist erg interessant om te zien wat het oplevert.
Waar zie ik het resultaat van UTM-taggen?
Na het delen van de URL (met UTM-tag) is het wachten op bezoekers. Het leukste aan dit alles is natuurlijk het zien van resultaten. Deze resultaten zie je eenvoudig terug binnen Google Analytics. Onder Aquisitie > Alle verkeer > Bron/medium zie je vervolgens terug wat bepaalde content heeft opgeleverd. Je kunt hier vervolgens zien hoeveel mensen via die ene post of die ene nieuwsbrief naar je website zijn gegaan. Ook kun je zien of deze mensen vervolgens lang op de website zijn gebleven (gem. sessieduur) of juist al na één pagina weg hebben geklikt (bouncepercentage).
Wil je de specifieke resultaten van een bepaalde campagne zien? Ga dan naar Aquisitie > Campagnes > Alle campagnes en klik vervolgens op de gewenste campagne. Alle gegevens worden hier verzameld, mits je alle UTM-tags onder een campagne in de ‘builder’ ook dezelfde campagnenaam hebt gegeven.
Heb jij vragen of aanvullingen naar aanleiding van deze blog? Laat het ons vooral weten!
Waar zie ik het resultaat van UTM-taggen?
Na het delen van de URL (met UTM-tag) is het wachten op bezoekers. Het leukste aan dit alles is natuurlijk het zien van resultaten. Deze resultaten zie je eenvoudig terug binnen Google Analytics. Onder Aquisitie > Alle verkeer > Bron/medium zie je vervolgens terug wat bepaalde content heeft opgeleverd. Je kunt hier vervolgens zien hoeveel mensen via die ene post of die ene nieuwsbrief naar je website zijn gegaan. Ook kun je zien of deze mensen vervolgens lang op de website zijn gebleven (gem. sessieduur) of juist al na één pagina weg hebben geklikt (bouncepercentage).
Wil je de specifieke resultaten van een bepaalde campagne zien? Ga dan naar Aquisitie > Campagnes > Alle campagnes en klik vervolgens op de gewenste campagne. Alle gegevens worden hier verzameld, mits je alle UTM-tags onder een campagne in de ‘builder’ ook dezelfde campagnenaam hebt gegeven.
Heb jij vragen of aanvullingen naar aanleiding van deze blog? Laat het ons vooral weten!